, [], Who sold Joseph, the Midianites or the Ishmaelites?
Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En de [59]Midianieten verkochten hem in Egypte, aan Potifar, een [60]hoveling van Farao, overste [61]der trawanten. 59. Zie boven hfdst.25 vs.2. 60. Het Hebr. woord betekent eigenlijk een gesneden man, gelijk Jes.56:3,4; en daarom ook een kamerling, omdat de kamerlingen der grote vrouwen gesneden waren, Esth.4:4; voorts betekent het ook hovelingen of officieren in herenhoven, gelijk hier en onder, hfdst.40 vs.2, en 2 Kon.8:6. 61. Die gesteld waren om de misdadigers op des konings bevel te straffen. Zie onder, hfdst.40 vs.3; 1 Sam.22:17; Mark.6:27. Het Hebreeuwse woord betekent slachters van beesten en mensen.