SV | En hij zeide: Vrede zij ulieden, vreest niet! Uw God en de God uws vaders heeft u een schat in uw zakken gegeven; uw geld is tot mij gekomen. En hij bracht Simeon tot hen uit. |
WLC | וַיֹּאמֶר֩ שָׁלֹ֨ום לָכֶ֜ם אַל־תִּירָ֗אוּ אֱלֹ֨הֵיכֶ֜ם וֵֽאלֹהֵ֤י אֲבִיכֶם֙ נָתַ֨ן לָכֶ֤ם מַטְמֹון֙ בְּאַמְתְּחֹ֣תֵיכֶ֔ם כַּסְפְּכֶ֖ם בָּ֣א אֵלָ֑י וַיֹּוצֵ֥א אֲלֵהֶ֖ם אֶת־שִׁמְעֹֽון׃ |
Trans. | wayyō’mer šālwōm lāḵem ’al-tîrā’û ’ĕlōhêḵem wē’lōhê ’ăḇîḵem nāṯan lāḵem maṭəmwōn bə’amətəḥōṯêḵem kasəpəḵem bā’ ’ēlāy wayywōṣē’ ’ălēhem ’eṯ-šimə‘wōn: |
En hij zeide: Vrede zij ulieden, vreest niet! Uw God en de God uws vaders heeft u een schat in uw zakken gegeven; uw geld is tot mij gekomen. En hij bracht Simeon tot hen uit.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En hij zeide: Vrede zij ulieden, vreest niet! Uw God en de God uws vaders heeft u een schat in uw zakken gegeven; uw geld is tot mij gekomen. En hij bracht Simeon tot hen uit.
____ ![]() ![]() ![]() ![]() ![]() |
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!