Context
Literatuur
Vertalingen

Hebreeen 11:1

Algemeen

Aantekeningen

Het geloof nu is een vaste grond der dingen, die men hoopt, [en] een bewijs der zaken, die men niet ziet.

• In het Boek begint dit vers met "Wat is geloof?" om te vervolgen met "Het is de absolute zekerheid dat onze hoop ook werkelijkheid wordt en het is het bewijs van dingen die wij niet kunnen zien." Deze vraag is nu weer in de publiciteit, sinds er in Engeland en Spanje bussen rondrijden met de tekst dat er waarschijnlijk geen God is. Op een scheurkalender op onze WC staat een tekst (ja ik heb de vervelende gewoonte om alvast maanden vooruit te kijken) "God twijfelt aan het bestaan van atheïsten" en dat deed me denken aan een passage in één van de boeken van C.S. Lewis.
  In dit boek "The Silver Chair" uit de bekende Narnia-reeks wordt beschreven hoe de kinderen diep onder de grond langzaamaan door de heks worden betoverd. De discussie die zich tussen de kinderen en heks afspeelt is zeer interessant omdat deze alles met geloof te maken heeft. De heks beweert namelijk dat er geen "bovenwereld" is en dat ze het allemaal maar dromen, de kinderen komen met allerlei tegenargumenten, waaronder dat ze zich de Zon en de sterren konden herinneren. Op de vraag van de heks wat dan die Zon is, waar ze over spreken, krijgt ze als antwoord dat het een rond ding is dat in de lucht hangt en alles verlicht. De heks stelt dan dat ze waarschijnlijk een lamp bedoelen die aan het plafond hangt en in hun dromen alleen maar groter leek, want een Zon heeft nooit bestaan. Zo gaat deze discussie nog een tijdje voort, totdat één van hen met de volgende slotopmerking komt tegen de heks: Ik zal niet ontkennen wat u allemaal heeft gezegd, maar stel dat we allemaal hebben gedroomd, en dat er inderdaad geen bomen, planten, zon, maan en sterren zijn. Stel wij hebben dit allemaal gedroomd, nou dan kan ik u vertellen dat deze gefantaseerde dingen mij allemaal een stuk belangrijker dan voorkomen, dan de echte wereld. Stel dat uw donkere wereld de enige is die bestaat, dan lijkt het me dat die zeer armetierig is. Dan zoek ik liever de rest van mijn leven naar een gefantaseerde wereld, ook al zou mijn leven maar kort zijn. Bovendien zou ik sterven dan is het verlies van mijn leven in een wereld als de uwe slechts een kleine.
  En dat is nou precies waar het met geloof om gaat. Steeds meer mensen stellen dat God niet bestaat, zonder bewijs te hebben dat dit echt zo is. Ze geloven liever in alles zolang het maar niet om God gaat, zoals we laatst op een christelijke zender konden horen. Maar stel, dat God niet bestaat, statistisch bezien is dat 50%, wat zouden we verliezen? Alles! Want blijkt dat God dan wel bestaat, dan hebben we met al onze berekeningen op het verkeerde paard hebben gewed. In het andere geval: Stel dat we geloven dat God wel bestaat, dan winnen we alles. Mocht deze God achteraf niet bestaan dan hebben we niets verloren, want dan hadden we het gewoon bij het verkeerde eind.

Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

Het geloof nu is een vaste grond der dingen, die men hoopt, [en] een bewijs der zaken, die men niet ziet.

• ge·loof (het ~, geloven); 1) vertrouwen in de waarheid van iets; 2) vast en onwankelbaar geloof in God en Gods woord <=> ongeloof; 3) godsdienst

• ὑπόστασις, πραγμάτων p⁴⁶ ‭א A (D^* ὑπόστασιν) D² K L P Ψ 0150 6 33 81 104 256 263 365 424 436 459 1175 1241 1319 1573 1739 1852 1881 1912 1962 2127 Byz Lect it^comp it^d it^r it^z* vg^ww vg^st (it^z(c) vg^cl arm syr^h cop^sa cop^bo (eth) geo slav Clement Origen^gr Eusebius Cyril-Jerusalem Apollinaris Ambrose Didymus Chrysostom Jerome Augustine John-Damascus WH^mg ὑπόστασις πραγμάτων,) ς WH^text; πραγμάτων ἀνάστασις p¹³ it^b Origen^lat Sedulius-Scotus^vid

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!