SV | De HEERE had lust [aan hem], om Zijner gerechtigheid wil; Hij maakte [hem] groot [door] de wet, en Hij maakte [hem] heerlijk. |
WLC | יְהוָ֥ה חָפֵ֖ץ לְמַ֣עַן צִדְקֹ֑ו יַגְדִּ֥יל תֹּורָ֖ה וְיַאְדִּֽיר׃ |
Trans. | JHWH ḥāfēṣ ləma‘an ṣiḏəqwō yaḡədîl twōrâ wəya’ədîr: |
De HEERE had lust [aan hem], om Zijner gerechtigheid wil; Hij maakte [hem] groot [door] de wet, en Hij maakte [hem] heerlijk.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
De HEERE had lust [aan hem], om Zijner gerechtigheid wil; Hij maakte [hem] groot [door] de wet, en Hij maakte [hem] heerlijk.
____Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!