G1510 εἰμί
zijn, bestaan, gebeuren, aanwezig zijn

Bijbelteksten

1 Corinthiers 15:9Want ik ben de minste van de apostelen, die niet waardig ben een apostel genaamd te worden, daarom dat ik de Gemeente Gods vervolgd heb.
1 Corinthiers 15:10Doch door de genade Gods ben ik, dat ik ben; en Zijn genade, die [aan] mij [bewezen is], is niet ijdel geweest, maar ik heb overvloediger gearbeid dan zij allen; doch niet ik, maar de genade Gods, Die met mij is.
2 Corinthiers 12:10Daarom heb ik een welbehagen in zwakheden, in smaadheden, in noden, in vervolgingen, in benauwdheden, om Christus' wil; want als ik zwak ben, dan ben ik machtig.
2 Corinthiers 12:11Ik ben roemende onwijs geworden; gij hebt mij genoodzaakt, want ik behoorde van u geprezen te zijn; want ik ben in geen ding minder geweest dan de uitnemendste apostelen, hoewel ik niets ben.
Galaten 4:3Alzo wij ook, toen wij kinderen waren, zo waren wij dienstbaar gemaakt onder de eerste beginselen der wereld.
Efeziers 2:3Onder dewelke ook wij allen eertijds verkeerd hebben in de begeerlijkheden onzes vleses, doende den wil des vleses en der gedachten; en wij waren van nature kinderen des toorns, gelijk ook de anderen;
Filippenzen 4:11Niet dat ik [dit] zeg vanwege gebrek; want ik heb geleerd vergenoegd te zijn in hetgeen ik ben.
Colossenzen 2:5Want hoewel ik met het vlees van [u] ben, nochtans ben ik met den geest bij u, mij verblijdende en ziende uw ordening, en de vastigheid van uw geloof in Christus.
1 Thessalonicensen 3:4Want ook, toen wij bij u waren, voorzeiden wij u, dat wij zouden verdrukt worden, gelijk ook geschied is, en gij weet het.
2 Thessalonicensen 3:10Want ook toen wij bij u waren, hebben wij u dit bevolen, dat, zo iemand niet wil werken, hij ook niet ete.
1 Timotheus 1:15Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is, om de zondaren zalig te maken, van welke ik de voornaamste ben.
Titus 3:3Want ook wij waren eertijds onwijs, ongehoorzaam, dwalende, menigerlei begeerlijkheden en wellusten dienende, in boosheid en nijdigheid levende, hatelijk zijnde, [en] elkander hatende.
Hebreeen 12:21En Mozes, zo vreselijk was het gezicht, zeide: Ik ben gans bevreesd en bevende).
1 Petrus 1:16Daarom dat er geschreven is: Zijt heilig, want Ik ben heilig.
2 Petrus 1:13En ik acht het recht te zijn, zolang ik in deze tabernakel ben, dat ik u opwekke door vermaning;
1 Johannes 3:1Ziet, hoe grote liefde ons de Vader gegeven heeft, [namelijk] dat wij kinderen Gods genaamd zouden worden. Daarom kent ons de wereld niet, omdat zij Hem niet kent.
Openbaring 1:8Ik ben de Alfa en de Omega, het Begin en het Einde, zegt de Heere, Die is, en Die was, en Die komen zal, de Almachtige.
Openbaring 1:17En toen ik Hem zag, viel ik als dood aan Zijn voeten; en Hij legde Zijn rechterhand op mij, zeggende tot mij: Vrees niet; Ik ben de Eerste en de Laatste;
Openbaring 1:18En Die leef, en Ik ben dood geweest; en zie, Ik ben levend in alle eeuwigheid. Amen. En Ik heb de sleutels der hel en des doods.
Openbaring 2:23En haar kinderen zal Ik door den dood ombrengen; en al de Gemeenten zullen weten, dat Ik het ben, Die nieren en harten onderzoek. En Ik zal ulieden geven een iegelijk naar uw werken.

Mede mogelijk dankzij

StudieboekenStudieboeken