H1129_ בָּנָה
bebouwen, betimmeren (, bouw de, bouwen, arbeiders, afschieten (, bouwlieden, bouwers
Taal: Hebreeuws

Onderwerpen

Bouwlieden, Werklieden,

Statistieken

Komt 376x voor in 33 Bijbelboeken.

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.

Woordstudie



Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon

בָּנָה 373 vb. build Qal build Niph. 1 a be built b be rebuilt 2 a (fig.) of restored exiles, = established b established, made permanent

Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible

H1129 בָּנָה bânâh; a primitive root; to build (literally and figuratively) — (begin to) build(-er), obtain children, make, repair, set (up), × surely.

Synoniemen, homoniemen en afgeleide woorden

Hebreeuws אֶבֶן H68 "weegsteen, altaarstenen, weegstenen, steen, chrysoprasen, stenen"; Hebreeuws בַּיִת H1004 "huis, bedehuis, vergaarbak, binnen, plaats, tempel, huishoudzaken, huishouden, familie"; Hebreeuws בֵּן H1121 "zoon, Torah: bezorger, vreemde, veulen, kalf, kind, kleinkind, zonen, kleinkinderen"; Aramees בְּנָא H1124 "bouwen, gebouwd hebben, gebouwd, herbouwd zijn, gebouwd worden, bouwen, herbouwd worden, herbouwen, opgebouw"; Hebreeuws בִּנּוּי H1131 "Binnui"; Hebreeuws בָּנִי H1137 "Bani"; Hebreeuws בֻּנִּי H1138 "Buni, Bunni"; Hebreeuws בִּנְיָה H1140 "gebouw , bouwwerk"; Hebreeuws בְּנָיָה H1141 "Benaja"; Hebreeuws בִּנְיָן H1146 "muurwerk, gebouw , bouwwerk"; Hebreeuws בַּת H1323 "dochter, meisje, schoondochter, zuster, kleindochter, vrouw (jonge), dochter-dorp"; Hebreeuws יַבְנְאֵל H2995 "Jabneel"; Hebreeuws יַבְנֶה H2996 "Jabne"; Hebreeuws יִבְנְיָה H2997 "Jibnea , Jibneja"; Hebreeuws יִבְנִיָּה H2998 "Jibnija, Jibnia"; Hebreeuws מִבְנֶה H4011 "frame"; Hebreeuws מְבֻנַּי H4012 "Mebunnai"; Hebreeuws תֶּבֶן H8401 "stubble, straw, chaff"; Hebreeuws תַּבְנִית H8403 "figure, form, similitude, likeness, pattern";

Literatuur


Mede mogelijk dankzij