Storm

Bijbelteksten

Psalm 50:3Onze God zal komen en zal niet zwijgen; een vuur voor Zijn aangezicht zal verteren, en rondom Hem zal het zeer stormen.
Psalm 55:9Ik zou haasten, dat ik ontkwame, van den drijvenden wind, van den storm.
Psalm 83:16Vervolg hen alzo met Uw onweder, en verschrik hen met Uw draaiwind.
Psalm 107:29Hij doet den storm stilstaan, zodat hun golven stilzwijgen.
Klaagliederen 5:10Onze huid is zwart geworden gelijk een oven, vanwege den geweldigen storm des hongers.
Jona 1:4Maar de HEERE wierp een groten wind op de zee; en er werd een grote storm in de zee, zodat het schip dacht te breken.
Jona 1:12En hij zeide tot hen: Neemt mij op, en werpt mij in de zee, zo zal de zee stil worden van ulieden; want ik weet, dat deze grote storm ulieden om mijnentwil over[komt].
Jona 1:13Maar de mannen roeiden, om [het schip] weder te brengen aan het droge, doch zij konden niet; want de zee werd hoe langer hoe onstuimiger tegen hen.
Nahum 1:3De HEERE is lankmoedig, doch van grote kracht, en Hij houdt [den schuldige] geenszins onschuldig. Des HEEREN weg is in wervelwind, en in storm, en de wolken zijn het stof Zijner voeten.
Zacharia 9:14En de HEERE zal over henlieden verschijnen, en Zijn pijlen zullen uitvaren als een bliksem; en de Heere HEERE zal met de bazuin blazen, en Hij zal voorttreden met stormen uit het zuiden.
Mattheus 8:24En ziet, er ontstond een grote onstuimigheid in de zee, alzo dat het schip van de golven bedekt werd; doch Hij sliep.
Markus 4:37En er werd een grote storm van wind, en de baren sloegen over in het schip, alzo dat het nu vol werd.
Lukas 8:23En als zij voeren, viel Hij in slaap; en er kwam een storm van wind op het meer, en zij werden vol [waters], en waren in nood.
Handelingen 27:9En als veel tijd verlopen, en de vaart nu zorgelijk was, omdat ook de vasten nu voorbij was, vermaande hen Paulus,
Handelingen 27:20En als noch zon noch gesternten verschenen in vele dagen, en geen klein onweder [ons] drukte, zo werd [ons] voort alle hoop van behouden te worden benomen.

Hadderech