Dansen
ὀρχέομαι G3738 "dansen", παίζω G3815 "spelen, liefdesspelen, grappen maken, dansen, musiceren, jagen", חָגַג H2287 "tuimelen, vieren, feestvieren, dansen, feest houden, feest", חוּל H2342 "ineenkrimpen, barensnood hebben, voortbrengen, geboren worden, wachten, beven, blijven, baren", כָּרַר H3769 "dansen, huppelen", מָחוֹל H4234 "dansen", מְחֹלָה H4246 "dansen", פָּזַז H6339 "lenig zijn, dansen", רָקַד H7540 "dansen, springen",

Zie ook: Sport,

Dans (van het Franse danse) is een sport, kunstvorm of een sociaal gebeuren dat meestal op beweging duidt van het lichaam, vaak in combinatie met muziek. Het wordt gebruikt als een vorm van emotionele expressie, sociale interactie of in een spirituele of uitvoerende vorm.

Veelal werd in de oudheid een reidans of rondedans toegepast, al dan niet begeleid met de tamboerijn.

Inhoud

Bijbel

In de Bijbel vinden we een drietal momenten wanneer men gaat dansen, 1) spontaan als vorm van dank of vreugde (Ex. 15:20; Richt. 11:34), of als kinderspel (Mat. 11:17); 2) bij bruiloften (Hoogl. 6:13) en feesten (Luk. 15:25), dus meer ceremonieel; 3) bij heidense rituelen (Ex. 32:19; 1 Kon. 18:26; 1 Cor. 10:7).

Oude Testament

Over de spontane vorm van dans als vorm van dank of vreugde wordt oa. gesproken bij Mirjam (Exodus 15:20) en David.

De passage in Hooglied 6:13 waar de Sulamitische wordt opgeroepen om te dansen, moeten we binnen de bruiloftssetting zien. Het gebruikte כִּמְחֹלַ֖ת הַֽמַּחֲנָֽיִם kiməḥōlaṯ hammaḥănāyim is moeilijk te vertalen (NBV "danst tussen twee reien", HSV "reidans van twee legers", NBG51 "reidans van Machanaïm", WV95 "straatdanseres", GNB96 "Machanaïm-danseres". → מַֽחֲנֶה H4264).

Dansen zien we ook terug bij heidense en afgodische riten, zoals het dansen rondom het gouden kalf (Ex. 32:19), of het dansen van de Baal priesters op de berg Karmel (1 Kon. 18:26). Mogelijk dat juist om deze reden de dans niet is opgenomen in de eredienst bij de tabernakel en later tempel.

Nieuwe Testament

Het Grieks ὀρχέομαι G3738 wordt in een viertal passages van het Nieuwe Testament gebruikt. Van een solodans is sprake bij Salome, de dochter van Herodias, die ter ere van de verjaardag van Herodes Antipas voor hem en zijn hofhouding danste (Mat. 14:6; Mark. 6:22).

Verder in een korte gelijkenis waarin Jezus aan volgelingen vertelt over kinderen die op de markt zitten en hun vriendjes toeroepen: Wij hebben voor jullie op de fluit gespeeld, maar jullie hebben niet gedanst; wij hebben klaagliederen voor jullie gezongen, maar jullie hebben geen rouw bedreven (Mat. 11:17; Luk. 7:32).

Tot slot wordt in 1 Corinthiers 10:7 een verwijzing gemaakt naar het Oude Testament waar men voor het gouden kalf danste.


Geschiedenis

Egyptische danseressen en muzikanten


Koop nu