Genesis 1:21

ABEn God schiep de grote zeedieren en toen alle levende wezen[s] die rondkruipen, waarvan de wateren overvloedig wemelden, naar hun soort.En alle gevleugeld gevogelte naar zijn soort en God zag dat het goed was.
SVEn God schiep de grote walvissen, en alle levende wremelende ziel, welke de wateren overvloediglijk voortbrachten, naar haar aard; en alle gevleugeld gevogelte naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.
WLCוַיִּבְרָ֣א אֱלֹהִ֔ים אֶת־הַתַּנִּינִ֖ם הַגְּדֹלִ֑ים וְאֵ֣ת כָּל־נֶ֣פֶשׁ הַֽחַיָּ֣ה ׀ הָֽרֹמֶ֡שֶׂת אֲשֶׁר֩ שָׁרְצ֨וּ הַמַּ֜יִם לְמִֽינֵהֶ֗ם וְאֵ֨ת כָּל־עֹ֤וף כָּנָף֙ לְמִינֵ֔הוּ וַיַּ֥רְא אֱלֹהִ֖ים כִּי־טֹֽוב׃
Trans.wayyiḇərā’ ’ĕlōhîm ’eṯ-hatannînim hagəḏōlîm wə’ēṯ kāl-nefeš haḥayyâ hārōmeśeṯ ’ăšer šārəṣû hammayim ləmînēhem wə’ēṯ kāl-‘wōf kānāf ləmînēhû wayyarə’ ’ĕlōhîm kî-ṭwōḇ:

Algemeen

Zie ook: Vleugel, veer, Ziel

Aantekeningen

En God schiep de grote walvissen, en alle levende wremelende ziel, welke de wateren overvloediglijk voortbrachten, naar haar aard; en alle gevleugeld gevogelte naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יִּבְרָ֣א

schiep

אֱלֹהִ֔ים

En God

אֶת־

-

הַ

-

תַּנִּינִ֖ם

walvissen

הַ

-

גְּדֹלִ֑ים

de grote

וְ

-

אֵ֣ת

-

כָּל־

en alle

נֶ֣פֶשׁ

ziel

הַֽ

-

חַיָּ֣ה׀

levende

הָֽ

-

רֹמֶ֡שֶׂת

wremelende

אֲשֶׁר֩

welke

שָׁרְצ֨וּ

overvloediglijk voortbrachten

הַ

-

מַּ֜יִם

de wateren

לְ

-

מִֽינֵהֶ֗ם

naar haar aard

וְ

-

אֵ֨ת

-

כָּל־

en alle

ע֤וֹף

gevogelte

כָּנָף֙

gevleugeld

לְ

-

מִינֵ֔הוּ

naar zijn aard

וַ

-

יַּ֥רְא

zag

אֱלֹהִ֖ים

En God

כִּי־

dat

טֽוֹב

het goed


En God schiep de grote walvissen, en alle levende wremelende ziel, welke de wateren overvloediglijk voortbrachten, naar haar aard; en alle gevleugeld gevogelte naar zijn aard. En God zag, dat het goed was.

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!