SV | Toen nam Mozes de zalfolie, en zalfde den tabernakel, en al wat daarin was, en heiligde ze. |
WLC | וַיִּקַּ֤ח מֹשֶׁה֙ אֶת־שֶׁ֣מֶן הַמִּשְׁחָ֔ה וַיִּמְשַׁ֥ח אֶת־הַמִּשְׁכָּ֖ן וְאֶת־כָּל־אֲשֶׁר־בֹּ֑ו וַיְקַדֵּ֖שׁ אֹתָֽם׃ |
Trans. | wayyiqqaḥ mōšeh ’eṯ-šemen hammišəḥâ wayyiməšaḥ ’eṯ-hammišəkān wə’eṯ-kāl-’ăšer-bwō wayəqadēš ’ōṯām: |
Toen nam Mozes de zalfolie, en zalfde den tabernakel, en al wat daarin was, en heiligde ze.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Toen nam Mozes de zalfolie, en zalfde den tabernakel, en al wat daarin was, en heiligde ze.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!