SV | En Jezus ging uit en Zijn discipelen naar de vlekken van Cesarea Filippi. En op den weg vraagde Hij Zijn discipelen, zeggende tot hen: Wie zeggen de mensen, dat Ik ben? |
Steph | και εξηλθεν ο ιησους και οι μαθηται αυτου εις τας κωμας καισαρειας της φιλιππου και εν τη οδω επηρωτα τους μαθητας αυτου λεγων αυτοις τινα με λεγουσιν οι ανθρωποι ειναι |
Trans. | kai exēlthen o iēsous kai oi mathētai autou eis tas kōmas kaisareias tēs philippou kai en tē odō epērōta tous mathētas autou legōn autois tina me legousin oi anthrōpoi einai |
En Jezus ging uit en Zijn discipelen naar de vlekken van Cesarea Filippi. En op den weg vraagde Hij Zijn discipelen, zeggende tot hen: Wie zeggen de mensen, dat Ik ben?
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En Jezus ging uit en Zijn discipelen naar de vlekken van Cesarea Filippi. En op den weg vraagde Hij Zijn discipelen, zeggende tot hen: Wie zeggen de mensen, dat Ik ben?
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!