AB | De laffen, ongelovigen, verfoeilijken, moordenaars, prostituees, tovenaars, afgodendienaren en alle leugenaars, hun deel in de brandende poel van vuur en zwavel, hetgeen de tweede dood is. |
SV | Maar den vreesachtigen, en ongelovigen, en gruwelijken, en doodslagers, en hoereerders, en tovenaars, en afgodendienaars, en al den leugenaars, is hun deel in den poel, die daar brandt van vuur en sulfer; hetwelk is de tweede dood. |
Steph | δειλοισ δε και απιστοις και εβδελυγμενοις και φονευσιν και πορνοις και φαρμακευσιν και ειδωλολατραις και πασιν τοις ψευδεσιν το μερος αυτων εν τη λιμνη τη καιομενη πυρι και θειω ο εστιν δευτεροσ θανατος |
Trans. | deilois̱ de kai apistois kai ebdelygmenois kai phoneusin kai pornois kai pharmakeusin kai eidōlolatrais kai pasin tois pseudesin to meros autōn en tē limnē tē kaiomenē pyri kai theiō o estin deuteros̱ thanatos |
Maar den vreesachtigen, en ongelovigen, en gruwelijken, en doodslagers, en hoereerders, en tovenaars, en afgodendienaars, en al den leugenaars, is hun deel in den poel, die daar brandt van vuur en sulfer; hetwelk is de tweede dood.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
Maar den vreesachtigen, en ongelovigen, en gruwelijken, en doodslagers, en hoereerders, en tovenaars, en afgodendienaars, en al den leugenaars, is hun deel in den poel, die daar brandt van vuur en sulfer; hetwelk is de tweede dood.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!