Markus 11:13 | En ziende van verre een vijgeboom, die bladeren had, ging Hij [om te zien], of Hij ook iets op denzelven zou vinden; en daarbij gekomen zijnde, vond Hij niet dan bladeren; want het was de tijd der vijgen niet. |
Markus 11:25 | En wanneer gij staat om te bidden, vergeeft, indien gij iets hebt tegen iemand; opdat ook uw Vader, Die in de hemelen is, ulieden uw misdaden vergeve. |
Markus 11:26 | Maar indien gij niet vergeeft, zo zal uw Vader, Die in de hemelen is, ook uw misdaden niet vergeven. |
Markus 13:20 | En indien de Heere de dagen niet verkort had, geen vlees zou behouden worden; maar om der uitverkorenen wil, die Hij heeft uitverkoren, heeft Hij de dagen verkort. |
Markus 13:22 | Want er zullen valse christussen, en valse profeten opstaan, en zullen tekenen en wonderen doen, om te verleiden, indien het mogelijk ware, ook de uitverkorenen. |
Markus 13:32 | Maar van dien dag en die ure weet niemand, noch de engelen, die in den hemel zijn, noch de Zoon, dan de Vader. |
Markus 14:21 | De Zoon des mensen gaat wel heen, gelijk van Hem geschreven is; maar wee dien mens, door welken de Zoon des mensen verraden wordt! Het ware hem goed, zo die mens niet geboren ware geweest. |
Markus 14:29 | En Petrus zeide tot Hem: Of zij ook allen geergerd werden, zo zal ik toch niet [geergerd worden]. |
Markus 14:35 | En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op de aarde, en bad, zo het mogelijk ware, dat die ure van Hem voorbijging. |
Markus 15:36 | En er liep een, en vulde een spons met edik, en stak ze op een rietstok, en gaf Hem te drinken, zeggende: Houdt stil, laat ons zien, of Elias komt, om Hem af te nemen. |
Markus 15:44 | En Pilatus verwonderde zich, dat Hij alrede gestorven was; en den hoofdman over honderd tot zich geroepen hebbende, vraagde hem, of Hij lang gestorven was. |
Lukas 4:3 | En de duivel zeide tot Hem: Indien Gij Gods Zoon zijt, zeg tot dezen steen, dat hij brood worde. |
Lukas 4:9 | En hij leidde Hem naar Jeruzalem, en stelde Hem op de tinne des tempels, en zeide tot Hem: Indien Gij de Zoon Gods zijt, werp Uzelven van hier nederwaarts; |
Lukas 4:26 | En tot geen van haar werd Elias gezonden, dan naar Sarepta Sidonis, tot een vrouw, [die] weduwe [was]. |
Lukas 4:27 | En er waren vele melaatsen in Israel, ten tijde van den profeet Elisa; en geen van hen werd gereinigd, dan Naaman, de Syrier. |
Lukas 5:21 | En de Schriftgeleerden en de Farizeen begonnen te overdenken, zeggende: Wie is Deze, Die [gods]lastering spreekt? Wie kan de zonden vergeven, dan God alleen? |
Lukas 5:36 | En Hij zeide ook tot hen een gelijkenis: Niemand zet een lap van een nieuw kleed op een oud kleed; anders zo scheurt ook dat nieuwe [het oude], en de lap van het nieuwe komt met het oude niet overeen. |
Lukas 5:37 | En niemand doet nieuwen wijn in oude [leder]zakken; anders zo zal de nieuwe wijn de [leder]zakken doen bersten, en de [wijn] zal uitgestort worden, en de [leder]zakken zullen verderven. |
Lukas 6:4 | Hoe hij ingegaan is in het huis Gods, en de toonbroden genomen en gegeten heeft, en ook gegeven dengenen, die met hem waren, welke niet zijn geoorloofd te eten, dan alleen den priesteren. |
Lukas 6:7 | En de Schriftgeleerden en de Farizeen namen Hem waar, of Hij op den sabbat genezen zou; opdat zij [enige] beschuldiging tegen Hem mochten vinden. |