Openbaring 3:17 | Want gij zegt: Ik ben rijk, en verrijkt geworden, en heb geens dings gebrek; en gij weet niet, dat gij zijt ellendig, en jammerlijk, en arm, en blind, en naakt. |
Openbaring 3:22 | Die oren heeft, die hore, wat de Geest tot de Gemeenten zegt. |
Openbaring 4:7 | En het eerste dier was een leeuw gelijk, en het tweede dier een kalf gelijk, en het derde dier had het aangezicht als een mens, en het vierde dier was een vliegenden arend gelijk. |
Openbaring 4:8 | En de vier dieren hadden elkeen voor zichzelven zes vleugelen rondom, en waren van binnen vol ogen; en hebben geen rust dag en nacht, zeggende: Heilig, heilig, heilig is de Heere God, de Almachtige, Die was, en Die is, en Die komen zal. |
Openbaring 5:6 | En ik zag, en ziet, in het midden van den troon, en van de vier dieren, en in het midden van de ouderlingen, een Lam, staande als geslacht, hebbende zeven hoornen, en zeven ogen; dewelke zijn de zeven geesten Gods, die uitgezonden zijn in alle landen. |
Openbaring 5:8 | En als Het dat boek genomen had, vielen de vier dieren en de vier en twintig ouderlingen voor het Lam [neder], hebbende elk citeren en gouden fiolen, zijnde vol reukwerks, welke zijn de gebeden der heiligen. |
Openbaring 6:2 | En ik zag, en ziet, een wit paard, en Die daarop zat, had een boog; en Hem is een kroon gegeven, en Hij ging uit overwinnende, en opdat Hij overwonne! |
Openbaring 6:5 | En toen Het het derde zegel geopend had, hoorde ik het derde dier zeggen: Kom en zie! En ik zag, en ziet, een zwart paard, en die daarop zat, had een weegschaal in zijn hand. |
Openbaring 6:9 | En toen Het het vijfde zegel geopend had, zag ik onder het altaar de zielen dergenen, die gedood waren om het Woord Gods, en om de getuigenis, die zij hadden. |
Openbaring 7:2 | En ik zag een anderen engel opkomen van den opgang der zon, hebbende het zegel des levenden Gods; en hij riep met een grote stem tot de vier engelen, welke [macht] gegeven was de aarde en de zee te beschadigen, |
Openbaring 8:3 | En er kwam een andere engel, en stond aan het altaar, hebbende een gouden wierookvat; en hem werd veel reukwerks gegeven, opdat hij het [met] de gebeden aller heiligen zou leggen op het gouden altaar, dat voor den troon is. |
Openbaring 8:6 | En de zeven engelen, die de zeven bazuinen hadden, bereidden zich om te bazuinen. |
Openbaring 8:9 | En het derde [deel] der schepselen in de zee, die leven hadden, is gestorven; en het derde [deel] der schepen is vergaan. |
Openbaring 9:3 | En uit den rook kwamen sprinkhanen op de aarde, en hun werd macht gegeven, gelijk de schorpioenen der aarde macht hebben. |
Openbaring 9:4 | En hun werd gezegd, dat zij het gras der aarde niet zouden beschadigen, noch enige groente, noch enigen boom, dan de mensen alleen, die het zegel Gods aan hun voorhoofden niet hebben. |
Openbaring 9:8 | En zij hadden haar als haar der vrouwen, en hun tanden waren als [tanden] der leeuwen. |
Openbaring 9:9 | En zij hadden borstwapenen als ijzeren borstwapenen; en het gedruis hunner vleugelen was als een gedruis der wagens, wanneer vele paarden naar den strijd lopen. |
Openbaring 9:10 | En zij hadden staarten den schorpioenen gelijk, en er waren angels in hun staarten; en hun macht was de mensen te beschadigen vijf maanden. |
Openbaring 9:11 | En zij hadden over zich tot een koning den engel des afgronds; zijn naam was in het Hebreeuws Abaddon, en in de Griekse [taal] had hij den naam Apollyon. |
Openbaring 9:14 | Zeggende tot den zesden engel, die de bazuin had: Ontbind de vier engelen, die gebonden zijn bij de grote rivier, den Eufraat. |