Jakobus 4:2 | Gij begeert, en hebt niet; gij benijdt en ijvert [naar dingen], en kunt ze niet verkrijgen; gij vecht en voert krijg, doch gij hebt niet, omdat gij niet bidt. |
Openbaring 2:16 | Bekeer u; en zo niet, Ik zal u haastelijk [bij]komen, en zal tegen hen krijg voeren met het zwaard Mijns monds. |
Openbaring 12:7 | En er werd krijg in den hemel: Michael en zijn engelen krijgden tegen den draak, en de draak krijgde [ook] en zijn engelen. |
Openbaring 13:4 | En zij aanbaden den draak, die het beest macht gegeven had; en zij aanbaden het beest, zeggende: Wie is dit beest gelijk? wie kan krijg voeren tegen hetzelve? |
Openbaring 17:14 | Dezen zullen tegen het Lam krijgen, en het Lam zal hen overwinnen (want Het is een Heere der heren, en een Koning der koningen), en die met Hem zijn, de geroepenen, en uitverkorenen en gelovigen. |
Openbaring 19:11 | En ik zag den hemel geopend; en ziet, een wit paard, en Die op hetzelve zat, was genaamd Getrouw en Waarachtig, en Hij oordeelt en voert krijg in gerechtigheid. |