Romeinen 7:13 | Is dan het goede mij de dood geworden? Dat zij verre. Maar de zonde [is mij de dood geworden]; opdat zij zou openbaar worden zonde [te zijn]; werkende mij door het goede den dood; opdat de zonde boven mate werd zondigende door het gebod. |
Romeinen 15:16 | Opdat ik een dienaar van Jezus Christus zij onder de heidenen, het Evangelie van God bedienende, opdat de offerande der heidenen aangenaam worde, geheiligd door den Heiligen Geest. |
Romeinen 15:31 | Opdat ik mag bevrijd worden van de ongehoorzamen in Judea, en dat deze mijn dienst, dien [ik] aan Jeruzalem [doe], aangenaam zij den heiligen; |
1 Corinthiers 3:18 | Niemand bedriege zichzelven. Zo iemand onder u dunkt, dat hij wijs is in deze wereld, die worde dwaas, opdat hij wijs moge worden. |
1 Corinthiers 8:9 | Maar ziet toe, dat deze uw macht niet enigerwijze een aanstoot worde dengenen, die zwak zijn. |
1 Corinthiers 9:15 | Maar ik heb geen van deze dingen gebruikt. En ik heb dit niet geschreven, opdat het alzo aan mij geschieden zou; want het ware mij beter te sterven, dan dat iemand dezen mijn roem zou ijdel maken. |
1 Corinthiers 9:23 | En dit doe ik om des Evangelies wil, opdat ik hetzelve mede deelachtig zou worden. |
1 Corinthiers 9:27 | Maar ik bedwing mijn lichaam, en breng het tot dienstbaarheid, opdat ik niet enigszins, daar ik anderen gepredikt heb, zelf verwerpelijk worde. |
1 Corinthiers 11:19 | Want er moeten ook ketterijen onder u zijn, opdat degenen, die oprecht zijn, openbaar mogen worden onder u. |
1 Corinthiers 16:3 | En wanneer ik daar zal gekomen zijn, zal ik hen, die gij zult bekwaam achten door brieven, zenden, om uw gave naar Jeruzalem over te dragen. |
1 Corinthiers 16:10 | Zo nu Timotheus komt, ziet, dat hij buiten vreze bij u zij; want hij werkt het werk des Heeren, gelijk als ik. |
2 Corinthiers 5:21 | Want Dien, Die geen zonde gekend heeft, heeft Hij zonde voor ons gemaakt, opdat wij zouden worden rechtvaardigheid Gods in Hem. |
2 Corinthiers 8:14 | Maar [opdat] uit gelijkheid, in dezen tegenwoordigen tijd, uw overvloed [zij] om hun gebrek [te vervullen]; opdat ook hun overvloed zij om uw gebrek [te vervullen], opdat er gelijkheid worde. |
Galaten 3:14 | Opdat de zegening van Abraham tot de heidenen komen zou in Christus Jezus, [en] opdat wij de belofte des Geestes verkrijgen zouden door het geloof. |
Efeziers 6:3 | Opdat het u welga, en [dat] gij lang leeft op de aarde. |
Filippenzen 2:15 | Opdat gij moogt onberispelijk en oprecht zijn, kinderen Gods zijnde, onstraffelijk in het midden van een krom en verdraaid geslacht, onder welke gij schijnt als lichten in de wereld; |
Colossenzen 1:18 | En Hij is het Hoofd des lichaams, [namelijk] der Gemeente, Hij, Die het Begin is, de Eerstgeborene uit de doden, opdat Hij in allen de Eerste zou zijn. |
1 Thessalonicensen 3:5 | Daarom ook [deze begeerte] niet langer kunnende verdragen, heb ik [hem] gezonden, om uw geloof te verstaan; of niet misschien de verzoeker u zou verzocht hebben, en onze arbeid ijdel zou wezen. |
2 Thessalonicensen 2:7 | Want de verborgenheid der ongerechtigheid wordt alrede gewrocht; alleenlijk, Die hem nu wederhoudt, [Die zal hem wederhouden], totdat hij uit het midden zal [weggedaan] worden. |
1 Timotheus 6:19 | Leggende zichzelven weg tot een schat een goed fondament tegen het toekomende, opdat zij het eeuwige leven verkrijgen mogen. |