Genesis 1:6 | En God zeide: Daar zij een uitspansel in het midden der wateren; en dat make scheiding tussen wateren en wateren! |
Genesis 1:7 | En God maakte dat uitspansel, en maakte scheiding tussen de wateren, die onder het uitspansel zijn, en tussen de wateren, die boven het uitspansel zijn. En het was alzo. |
Genesis 1:8 | En God noemde het uitspansel hemel. Toen was het avond geweest, en het was morgen geweest, de tweede dag. |
Genesis 1:14 | En God zeide: Dat er lichten zijn in het uitspansel des hemels, om scheiding te maken tussen den dag en tussen den nacht; en dat zij zijn tot tekenen en tot gezette tijden, en tot dagen en jaren! |
Genesis 1:15 | En dat zij zijn tot lichten in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde! En het was alzo. |
Genesis 1:17 | En God stelde ze in het uitspansel des hemels, om licht te geven op de aarde. |
Genesis 1:20 | En God zeide: Dat de wateren overvloediglijk voortbrengen een gewemel van levende zielen; en het gevogelte vliege boven de aarde, in het uitspansel des hemels! |
Psalm 19:2 | De hemelen vertellen Gods eer, en het uitspansel verkondigt Zijner handen werk. |
Psalm 150:1 | Hallelujah! Looft God in Zijn heiligdom; looft Hem in het uitspansel Zijner sterkte! |
Ezechiel 1:22 | En over de hoofden der dieren was de gelijkenis eens uitspansels, gelijk de verf van het vreselijke kristal, van boven af over hun hoofden uitgespreid. |
Ezechiel 1:23 | En onder dat uitspansel waren hun vleugelen rechtop, de een aan den ander; ieder had er twee, die herwaarts hun lichamen bedekten, en ieder had er twee, die ze derwaarts bedekten. |
Ezechiel 1:25 | En er geschiedde een stem van boven het uitspansel, hetwelk boven hun hoofden was, als zij stonden, [en] hun vleugelen nedergelaten hadden. |
Ezechiel 1:26 | En boven het uitspansel, hetwelk was boven hun hoofden, was de gelijkenis eens troons, als de gedaante van een saffiersteen; en op de gelijkenis als de gedaante eens mensen, daarboven op zijnde. |
Ezechiel 10:1 | Daarna zag ik, en ziet, boven het uitspansel, hetwelk was over het hoofd der cherubs, was als een saffiersteen, als de gedaante van de gelijkenis eens troons; [en] Hij verscheen op dezelve. |
Daniel 12:3 | De leraars nu zullen blinken, als de glans des uitspansels, en die er velen rechtvaardigen, gelijk de sterren, altoos en eeuwiglijk. |