Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
mĕtûšelaḥ, persoonsnaam; 1) samengesteld van מת H4962 en שלח H7973 (Gesenius; BDB, 607); 2) Afgeleid van מַת H4962 en אֵל H410 met de betekenis "man van El (God)", dit komt overeen met het Akkad. mutu ša ilu en die een bepaalde klasse van priesters aanduidt (U. Cassuto, p. 230-232);
1) persoonsnaam Methusalach ook wel Methusalem (Gen. 5:21-22, 25-27; 1 Kron. 1:3 †);
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!