Mattheus 11:7 | Als nu dezen heengingen, heeft Jezus tot de scharen begonnen te zeggen van Johannes: Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? Een riet, dat van den wind ginds en weder bewogen wordt? |
Mattheus 15:33 | En Zijn discipelen zeiden tot Hem: Van waar [zullen] wij zovele broden in de woestijn [bekomen], dat wij zulk een grote schare zouden verzadigen? |
Mattheus 24:26 | Zo zij dan tot u zullen zeggen: Ziet, hij is in de woestijn; gaat niet uit; Ziet, [hij is] in de binnenkameren; gelooft het niet. |
Markus 1:3 | De stem des roependen in de woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt Zijn paden recht. |
Markus 1:4 | Johannes was dopende in de woestijn, en predikende den doop der bekering tot vergeving der zonden. |
Markus 1:12 | En terstond dreef Hem de Geest uit in de woestijn. |
Markus 1:13 | En Hij was aldaar in de woestijn veertig dagen, verzocht van den satan; en was bij de wilde gedierten; en de engelen dienden Hem. |
Markus 8:4 | En Zijn discipelen antwoordden Hem: Van waar zal iemand dezen met broden hier in de woestijn kunnen verzadigen? |
Lukas 1:80 | En het kindeken wies op, en werd gesterkt in den geest, en was in de woestijnen, tot den dag zijner vertoning aan Israel. |
Lukas 3:2 | Onder de hogepriesters Annas en Kajafas, geschiedde het woord Gods tot Johannes, den zoon van Zacharias, in de woestijn. |
Lukas 3:4 | Gelijk geschreven is in het boek der woorden van Jesaja, den profeet, zeggende: De stem des roependen in de woestijn: Bereidt den weg des Heeren, maakt Zijn paden recht! |
Lukas 4:1 | En Jezus, vol des Heiligen Geestes, keerde wederom van de Jordaan, en werd door den Geest geleid in de woestijn; |
Lukas 5:16 | Maar Hij vertrok in de woestijnen, en bad [aldaar]. |
Lukas 7:24 | Als nu de boden van Johannes weggegaan waren, begon Hij tot de scharen van Johannes te zeggen: Wat zijt gij uitgegaan in de woestijn te aanschouwen? Een riet, dat van den wind ginds en weder bewogen wordt? |
Lukas 8:29 | Want Hij had den onreinen geest geboden, dat hij van den mens zou uitvaren; want hij had hem menigen tijd bevangen gehad; en hij werd met ketenen en met boeien gebonden, om bewaard te zijn; en hij verbrak de banden, en werd van den duivel gedreven in de woestijnen. |
Lukas 15:4 | Wat mens onder u, hebbende honderd schapen; en een van die verliezende, verlaat niet de negen en negentig in de woestijn, en gaat naar het verlorene, totdat hij hetzelve vinde? |
Johannes 1:23 | Hij zeide: Ik ben de stem des roependen in de woestijn: Maakt den weg des Heeren recht, gelijk Jesaja, de profeet, gesproken heeft. |
Johannes 3:14 | En gelijk Mozes de slang in de woestijn verhoogd heeft, alzo moet de Zoon des mensen verhoogd worden; |
Johannes 6:31 | Onze vaders hebben het Manna gegeten in de woestijn; gelijk geschreven is: Hij gaf hun het brood uit den hemel te eten. |
Johannes 6:49 | Uw vaders hebben het Manna gegeten in de woestijn, en zij zijn gestorven. |