In de Bijbel worden verschillende soorten munten genoemd.
1 Gouden Aureus | 122,90 gr | 25 denarii | 100 sestertii | 400 Asses |
1 Gouden Quinarius | 61,46 gr | 12.5 denarii | 50 sestertii | 200 Asses |
1 Zilveren Denarius | 61,46 gr | 4 sestertii | 16 Asses | |
1 Zilveren Quinarius | 30,73 gr | 2 sestertii | 8 Asses | |
1 Orichalcum/Bronzen Sestertius | 28,35 gr | 4 Asses | ||
1 Orichalcum/Bronzen Dupondius | 14,17 gr | 2 Asses | ||
1 Koperen As/Aes | 11,34 gr | 1/4 sestertius | ||
1 Koperen Quadrans | 1,77 gr | 1/4 As/Aes |
In 2010 is een Aureus van Antoninus Pius (138 – 161 n.C.) gevonden in Bethsaida.
→ Denarius
→ Assarion
Een munt wordt geslagen met twee stempels. De ene, met de afbeelding die op de voorkant van de munt komt, rust op het aambeeld. De andere, met de keerzijde, wordt over de eerste gelegd en vangt de klap van de hamer op. De bovenstempel slijt sneller dan de onderstempel. Dat levert steeds weer andere combinaties (“stempelkoppelingen”) op, die numismaten (=wetenschappers die muntstukken bestuderen) gebruiken om de volgorde te reconstrueren waarin munten zijn geslagen. Zie onderstaande tabel:
Voorzijde (onder) | A | B | C | ||||
Keerzijde (boven) | a | b | c | d | e | ||
Aa | Ab | Bb | Bc | Bd | Cd | Ce |
Onderstempel A werd eerst gecombineerd met bovenstempel a en toen die versleten was met bovenstempel b. Die was nog niet op toen onderstempel A aan vervanging toe was, zodat bovenstempel b nog even werd gebruikt met onderstempel B, die later werd gebruikt met de bovenstempels c en d. Zo krijg je dus combinaties als Aa, Ab, Bb, Bc, Bd enz. (J. Lendering, "Kwantificerende numismatiek" in Mainzerbeobachter, 12 mrt. 2018).
Aangemaakt 14 mei 2005