H2416 חַי
dieren, gedierte, dier(en), leven (ww), leven (zn), levend
Psalm 133:3 | Het is gelijk de dauw van Hermon, [en] die nederdaalt op de bergen van Sion, want de HEERE gebiedt aldaar den zegen [en] het leven tot in der eeuwigheid. |
Psalm 142:6 | Tot U riep ik, o HEERE! ik zeide: Gij zijt mijn Toevlucht, mijn Deel in het land der levenden. |
Psalm 143:2 | En ga niet in het gericht met Uw knecht; want niemand, die leeft, zal voor Uw aangezicht rechtvaardig zijn. |
Psalm 143:3 | Want de vijand vervolgt mijn ziel, hij vertreedt mijn leven ter aarde; hij legt mij in duisternissen, als degenen, die over lang dood zijn. |
Psalm 145:16 | [Pe.] Gij doet Uw hand open, en verzadigt al wat er leeft, [naar Uw] welbehagen. |
Psalm 146:2 | Ik zal den HEERE prijzen in mijn leven; ik zal mijn God psalmzingen, terwijl ik nog ben. |
Psalm 148:10 | Het wild gedierte en alle vee; kruipend gedierte en gevleugeld gevogelte! |
Spreuken 1:12 | Laat ons hen levend verslinden, als het graf; ja, geheel en al, gelijk die in den kuil nederdalen; |
Spreuken 2:19 | Allen die tot haar ingaan, zullen niet wederkomen, en zullen de paden des levens niet aantreffen; |
Spreuken 3:2 | Want langheid van dagen, en jaren van leven, en vrede zullen zij u vermeerderen. |
Spreuken 3:18 | Zij is een boom des levens dengenen, die ze aangrijpen, en elkeen, die ze vasthoudt, wordt gelukzalig. |
Spreuken 3:22 | Want zij zullen het leven voor uw ziel zijn, en een aangenaamheid voor uw hals. |
Spreuken 4:10 | Hoor, mijn zoon! en neem mijn redenen aan, en de jaren des levens zullen u vermenigvuldigd worden. |
Spreuken 4:13 | Grijp de tucht aan, laat niet af; bewaar ze, want zij is uw leven. |
Spreuken 4:22 | Want zij zijn het leven dengenen, die ze vinden, en een medicijn voor hun gehele vlees. |
Spreuken 4:23 | Behoed uw hart boven al wat te bewaren is, want daaruit zijn de uitgangen des levens. |
Spreuken 5:6 | Opdat gij het pad des levens niet zoudt wegen, zijn haar gangen ongestadig, [dat] gij het niet merkt. |
Spreuken 6:23 | Want het gebod is een lamp, en de wet is een licht, en de bestraffingen der tucht zijn de weg des levens; |
Spreuken 8:35 | Want die Mij vindt, vindt het leven, en trekt een welgevallen van den HEERE. |
Spreuken 9:11 | Want door Mij zullen uw dagen vermenigvuldigen, en de jaren des levens zullen u toegedaan worden. |