H6662 צַדִּיק
rechtmatig, rechtvaardige, rechtvaardig

Bijbelteksten

Spreuken 11:8De rechtvaardige wordt uit benauwdheid bevrijd; en de goddeloze komt in zijn plaats.
Spreuken 11:9De huichelaar verderft zijn naaste door den mond; maar door wetenschap worden de rechtvaardigen bevrijd.
Spreuken 11:10Een stad springt op van vreugde over het welvaren der rechtvaardigen; en als de goddelozen vergaan, is er gejuich.
Spreuken 11:21Hand aan hand zal de boze niet onschuldig zijn; maar het zaad der rechtvaardigen zal ontkomen.
Spreuken 11:23De begeerte der rechtvaardigen is alleenlijk het goede; maar de verwachting der goddelozen is verbolgenheid.
Spreuken 11:28Wie op zijn rijkdom vertrouwt, die zal vallen; maar de rechtvaardigen zullen groenen als loof.
Spreuken 11:30De vrucht des rechtvaardigen is een boom des levens; en wie zielen vangt, is wijs.
Spreuken 11:31Ziet, den rechtvaardige wordt vergolden op de aarde, hoeveel te meer den goddeloze en zondaar!
Spreuken 12:3De mens zal niet bevestigd worden door goddeloosheid; maar de wortel der rechtvaardigen zal niet bewogen worden.
Spreuken 12:5Der rechtvaardigen gedachten zijn recht; der goddelozen raadslagen zijn bedrog.
Spreuken 12:7De goddelozen worden omgekeerd, dat zij niet [meer] zijn; maar het huis der rechtvaardigen zal bestaan.
Spreuken 12:10De rechtvaardige kent het leven van zijn beest; maar de barmhartigheden der goddelozen zijn wreed.
Spreuken 12:12De goddeloze begeert het net der bozen; maar de wortel der rechtvaardigen zal uitgeven.
Spreuken 12:13In de overtreding der lippen is de strik des bozen; maar de rechtvaardige zal uit de benauwdheid uitkomen.
Spreuken 12:21Den rechtvaardigen zal geen leed wedervaren; maar de goddelozen zullen met kwaad vervuld worden.
Spreuken 12:26De rechtvaardige is voortreffelijker dan zijn naaste; maar de weg der goddelozen doet hen dwalen.
Spreuken 13:5De rechtvaardige haat leugentaal; maar de goddeloze maakt zich stinkende, en doet zich schaamte aan.
Spreuken 13:9Het licht der rechtvaardigen zal zich verblijden; maar de lamp der goddelozen zal uitgeblust worden.
Spreuken 13:21Het kwaad zal de zondaars vervolgen; maar den rechtvaardige zal men goed vergelden.
Spreuken 13:22De goede zal zijner kinders kinderen doen erven; maar het vermogen des zondaars is voor den rechtvaardige weggelegd.

Mede mogelijk dankzij

BoekenBoeken