Aantekeningen bij de Bijbel
Vragen, overdenkingen en achtergronden over de Bijbel,
welke resulteren in allerlei aantekeningen.
H1330_ בְּתוּלָה
jonge dochter, maagd, meisje
Taal: Hebreeuws
Onderwerpen
Dochter, Maagd,
Statistieken
Komt 50x voor in 19 Bijbelboeken.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Woordstudie
1) een maagd, zonder seksuele ervaring met een man (Gen. 24:16; Exod. 22:15-16; Lev. 21:3; Deut. 22:23, 28; 32:25; Richt. 12:12; 19:24; 2 Sam. 13:2, 18; 1 Kon. 1:2; 2 Kron. 36:17; Esth. 2:2-3, 17, 19; Job 31:1; Ps. 45:15; 78:63; 148:12; Jes. 23:4; 62:5; Jer. 2:32; 31:3; 51:22; Klaagl. 1:4, 18; 2:10, 21; 5:11; Ezech. 9:6; Joel 1:8; Amos 9:13; Zach. 9:17 (HALOT 166-7 s.v. בְּתוּלָה; BDB 143 s.v. בְּתוּלָה) cf. Akkad. batūltu (waarbij is gesuggereerd dat het hier niet altijd gaat om een maagd, maar om de leeftijd vn het meisje, ie. een tiener; M. Stol, p. 13), Sumer. ki.sikil; 1a) huwbare jonge vrouw (P. Broers, p. 54);
Brown-Driver-Briggs Abridged Hebrew Lexicon
בְּתוּלָה 60 n.f. virgin
Strong Concise Dictionary Of The Words In The Hebrew Bible
H1330 בְּתוּלָה bᵉthûwlâh; feminine passive participle of an unused root meaning to separate; a virgin (from her privacy); sometimes (by continuation) a bride; also (figuratively) a city or state — maid, virgin.
Synoniemen, homoniemen en afgeleide woorden
Hebreeuws בְּתוּלִים H1331 "maagd, maagdelijkheid, maagdelijke, maagdom";
Literatuur
Peter D.H. Broers, Woordenboek van het Bijbels Hebreeuws, , [2007], p. 54,
H.W.F. Gesenius, Hebrew-Chaldee Lexicon to the Old Testament, , [1979], ,
Marten Stol, Women in the Ancient Near East, , [2016], p. 13 ,
Mede mogelijk dankzij