Daniel 9:11 | Maar geheel Israel heeft Uw wet overtreden, met af te wijken, dat zij Uwer stem niet gehoorzaamden; daarom is over ons uitgestort die vloek, en die eed, die geschreven is in de wet van Mozes, den knecht Gods, dewijl wij tegen Hem gezondigd hebben. |
Daniel 9:15 | En nu, o Heere, onze God! Die Uw volk uit Egypteland gevoerd hebt, met een sterke hand, en hebt U een Naam gemaakt, gelijk hij is te dezen dage; wij hebben gezondigd, wij zijn goddeloos geweest. |
Daniel 9:20 | Als ik nog sprak, en bad, en beleed mijn zonde, en de zonde mijns volks van Israel, en mijn smeking nederwierp voor het aangezicht des HEEREN, mijns Gods, om des heiligen bergs wil mijns Gods; |
Hosea 4:7 | Gelijk zij meerder geworden zijn, alzo hebben zij tegen Mij gezondigd; Ik zal hunlieder eer in schande veranderen. |
Hosea 4:8 | Zij eten de zonde Mijns volks, en verlangen, een ieder met zijn ziel, naar hun ongerechtigheid. |
Hosea 8:11 | Omdat Efraim de altaren vermenigvuldigd heeft tot zondigen, zo zijn hem de altaren geworden tot zondigen. |
Hosea 10:8 | En de hoogten van Aven, Israels zonde, zullen verdelgd worden; doornen en distelen zullen op hunlieder altaren opkomen; en zij zullen zeggen tot de bergen: Bedekt ons! en tot de heuvelen: Valt op ons! |
Hosea 10:9 | Sinds de dagen van Gibea, hebt gij gezondigd, o Israel; daar zijn zij staande gebleven; de strijd te Gibea, tegen de kinderen der verkeerdheid, zal ze niet aangrijpen. |
Hosea 12:9 | Nog zegt Efraim: Evenwel ben ik rijk geworden, ik heb mij groot goed verkregen; [in] al mijn arbeid zullen zij mij geen ongerechtigheid vinden, die zonde zij. |
Hosea 13:2 | En nu zijn zij voortgevaren te zondigen, en hebben zich van hun zilver een gegoten beeld gemaakt, afgoden naar hun verstand, die altemaal smedenwerk zijn; waarvan zij [nochtans] zeggen: De mensen, die offeren, zullen de kalveren kussen. |
Hosea 13:12 | Efraims ongerechtigheid is samengebonden, zijn zonde is opgelegd. |
Obadja 1:1 | Het gezicht van Obadja. Alzo zegt de Heere HEERE van Edom: Wij hebben een gerucht gehoord van den HEERE, en er is een gezant geschikt onder de heidenen: Staat op, en laat ons opstaan tegen hen ten strijde. |
Micha 3:8 | Maar waarlijk, ik ben vol krachts van den Geest des HEEREN; en [vol] van gericht en dapperheid, om Jakob te verkondigen zijn overtreding, en Israel zijn zonde. |
Micha 6:7 | Zou de HEERE een welgevallen hebben aan duizenden van rammen, aan tien duizenden van oliebeken? Zal ik mijn eerstgeborene geven [voor] mijn overtreding, de vrucht mijns buiks [voor] de zonde mijner ziel? |
Micha 7:9 | Ik zal des HEEREN gramschap dragen, want ik heb tegen Hem gezondigd; totdat Hij mijn twist twiste, en mijn recht uitvoere; Hij zal mij brengen aan het licht; ik zal [mijn lust] zien aan Zijn gerechtigheid. |
Habakuk 2:10 | Gij hebt schaamte beraadslaagd voor uw huis; uitroeiende vele volken, zo hebt gij gezondigd [tegen] uw ziel. |
Sefanja 1:17 | En Ik zal de mensen bang maken, dat zij zullen gaan als de blinden; want zij hebben tegen den HEERE gezondigd; en hun bloed zal vergoten worden als stof, en hun vlees zal worden als drek. |
Zacharia 13:1 | Te dien dage zal er een Fontein geopend zijn voor het huis Davids, en voor de inwoners van Jeruzalem, tegen de zonde en tegen de onreinigheid. |
Zacharia 14:19 | Dit zal de zonde der Egyptenaren zijn, mitsgaders de zonde aller heidenen, die niet optrekken zullen, om te vieren het feest der loofhutten. |
Mattheus 1:21 | En zij zal een Zoon baren, en gij zult Zijn naam heten JEZUS; want Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden. |