Romeinen 5:16 | En niet, gelijk [de schuld was] door den een, die gezondigd heeft, [alzo is] de gift; want de schuld is wel uit een [misdaad] tot verdoemenis, maar de genadegift is uit vele misdaden tot rechtvaardigmaking. |
Romeinen 5:20 | Maar de wet is bovendien ingekomen, opdat de misdaad te meerder worde; en waar de zonde meerder geworden is, [daar] is de genade veel meer overvloedig geweest; |
Romeinen 5:21 | Opdat, gelijk de zonde geheerst heeft tot den dood, alzo ook de genade zou heersen door rechtvaardigheid tot het eeuwige leven, door Jezus Christus onzen Heere. |
Romeinen 6:1 | Wat zullen wij dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de genade te meerder worde? |
Romeinen 6:2 | Dat zij verre. Wij, die der zonde gestorven zijn, hoe zullen wij nog in dezelve leven? |
Romeinen 6:6 | Dit wetende, dat onze oude mens met [Hem] gekruisigd is, opdat het lichaam der zonde te niet gedaan worde, opdat wij niet meer de zonde dienen. |
Romeinen 6:7 | Want die gestorven is, die is gerechtvaardigd van de zonde. |
Romeinen 6:10 | Want dat Hij gestorven is, dat is Hij der zonde eenmaal gestorven; en dat Hij leeft, dat leeft Hij Gode. |
Romeinen 6:11 | Alzo ook gijlieden, houdt het daarvoor dat gij wel der zonde dood zijt, maar Gode levende zijt in Christus Jezus, onzen Heere. |
Romeinen 6:12 | Dat dan de zonde niet heerse in uw sterfelijk lichaam, om haar te gehoorzamen in de begeerlijkheden deszelven [lichaams]. |
Romeinen 6:13 | En stelt uwe leden niet der zonde tot wapenen der ongerechtigheid; maar stelt uzelven Gode, als uit de doden levende [geworden] zijnde, en [stelt] uw leden Gode tot wapenen der gerechtigheid. |
Romeinen 6:14 | Want de zonde zal over u niet heersen; want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade. |
Romeinen 6:15 | Wat dan? Zullen wij zondigen, omdat wij niet zijn onder de wet, maar onder de genade? Dat zij verre. |
Romeinen 6:16 | Weet gij niet, dat wien gij uzelven stelt tot dienstknechten ter gehoorzaamheid, gij dienstknechten zijt desgenen, dien gij gehoorzaamt, of der zonde tot den dood, of der gehoorzaamheid tot gerechtigheid? |
Romeinen 6:17 | Maar Gode zij dank, dat gij [wel] dienstknechten der zonde waart, maar [dat] gij [nu] van harte gehoorzaam geworden zijt aan het voorbeeld der leer, tot hetwelk gij overgegeven zijt; |
Romeinen 6:18 | En vrijgemaakt zijnde van de zonde, zijt gemaakt dienstknechten der gerechtigheid. |
Romeinen 6:20 | Want toen gij dienstknechten waart der zonde, zo waart gij vrij van de gerechtigheid. |
Romeinen 6:22 | Maar nu, van de zonde vrijgemaakt zijnde, en Gode dienstbaar gemaakt zijnde, hebt gij uw vrucht tot heiligmaking, en het einde het eeuwige leven. |
Romeinen 6:23 | Want de bezoldiging der zonde is de dood, maar de genadegift Gods is het eeuwige leven, door Jezus Christus, onzen Heere. |
Romeinen 7:7 | Wat zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Dat zij verre. Ja, ik kende de zonde niet dan door de wet; want ook had ik de begeerlijkheid niet geweten [zonde te zijn], indien de wet niet zeide: Gij zult niet begeren. |