Mattheus 22:23 | Te dienzelfden dage kwamen tot Hem de Sadduceen, die zeggen, dat er geen opstanding is, en vraagden Hem, |
Mattheus 22:28 | In de opstanding dan, wiens vrouw zal zij wezen van die zeven? want zij hebben ze allen gehad. |
Mattheus 22:30 | Want in de opstanding nemen zij niet ten huwelijk, noch worden ten huwelijk uitgegeven; maar zij zijn als engelen Gods in de hemel. |
Mattheus 22:36 | Meester! welk is het grote gebod in de wet? |
Mattheus 22:37 | En Jezus zeide tot hem: Gij zult liefhebben den Heere, uw God, met geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand. |
Mattheus 22:40 | Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten. |
Mattheus 22:43 | Hij zeide tot hen: Hoe noemt Hem dan David, in de Geest, [zijn] Heere? zeggende: |
Mattheus 23:6 | En zij beminnen de vooraanzitting in de maaltijden, en de voorgestoelten in de synagogen; |
Mattheus 23:7 | Ook de begroetingen op de markten, en van de mensen genaamd te worden: Rabbi, Rabbi! |
Mattheus 23:9 | En gij zult niemand uw vader noemen op de aarde; want Een is uw Vader, [namelijk] Die in de hemelen is. |
Mattheus 23:16 | Wee u, gij blinde leidslieden, die zegt: Zo wie gezworen zal hebben bij den tempel, dat is niets; maar zo wie gezworen zal hebben bij het goud des tempels, die is schuldig. |
Mattheus 23:18 | En zo wie gezworen zal hebben bij het altaar, dat is niets; maar zo wie gezworen zal hebben bij de gave, die daarop is, die is schuldig. |
Mattheus 23:20 | Daarom wie zweert bij het altaar, die zweert bij hetzelve, en bij al wat daarop is. |
Mattheus 23:21 | En wie zweert bij den tempel, die zweert bij denzelven, en bij Dien, Die daarin woont. |
Mattheus 23:22 | En wie zweert bij den hemel, die zweert bij den troon Gods, en bij Dien, Die daarop zit. |
Mattheus 23:30 | En zegt: Indien wij in de tijden onzer vaderen waren geweest, wij zouden met hen geen gemeenschap gehad hebben aan het bloed der profeten. |
Mattheus 23:34 | Daarom ziet, Ik zend tot u profeten, en wijzen, en schriftgeleerden, en uit dezelve zult gij [sommigen] doden en kruisigen, en [sommigen] uit dezelve zult gij geselen in uw synagogen, en zult hen vervolgen van stad tot stad; |
Mattheus 23:39 | Want Ik zeg u: Gij zult Mij van nu aan niet zien, totdat gij zeggen zult: Gezegend [is] Hij, Die komt in den Naam des Heeren! |
Mattheus 24:14 | En dit Evangelie des Koninkrijks zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis allen volken; en dan zal het einde komen. |
Mattheus 24:15 | Wanneer gij dan zult zien den gruwel der verwoesting, waarvan gesproken is door Daniel, de profeet, staande in de heilige plaats; (die [het] leest, die merke daarop!) |