G1722 ἐν
in, door, met

Bijbelteksten

Mattheus 22:23Te dienzelfden dage kwamen tot Hem de Sadduceen, die zeggen, dat er geen opstanding is, en vraagden Hem,
Mattheus 22:28In de opstanding dan, wiens vrouw zal zij wezen van die zeven? want zij hebben ze allen gehad.
Mattheus 22:30Want in de opstanding nemen zij niet ten huwelijk, noch worden ten huwelijk uitgegeven; maar zij zijn als engelen Gods in de hemel.
Mattheus 22:36Meester! welk is het grote gebod in de wet?
Mattheus 22:37En Jezus zeide tot hem: Gij zult liefhebben den Heere, uw God, met geheel uw hart, en met geheel uw ziel, en met geheel uw verstand.
Mattheus 22:40Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten.
Mattheus 22:43Hij zeide tot hen: Hoe noemt Hem dan David, in de Geest, [zijn] Heere? zeggende:
Mattheus 23:6En zij beminnen de vooraanzitting in de maaltijden, en de voorgestoelten in de synagogen;
Mattheus 23:7Ook de begroetingen op de markten, en van de mensen genaamd te worden: Rabbi, Rabbi!
Mattheus 23:9En gij zult niemand uw vader noemen op de aarde; want Een is uw Vader, [namelijk] Die in de hemelen is.
Mattheus 23:16Wee u, gij blinde leidslieden, die zegt: Zo wie gezworen zal hebben bij den tempel, dat is niets; maar zo wie gezworen zal hebben bij het goud des tempels, die is schuldig.
Mattheus 23:18En zo wie gezworen zal hebben bij het altaar, dat is niets; maar zo wie gezworen zal hebben bij de gave, die daarop is, die is schuldig.
Mattheus 23:20Daarom wie zweert bij het altaar, die zweert bij hetzelve, en bij al wat daarop is.
Mattheus 23:21En wie zweert bij den tempel, die zweert bij denzelven, en bij Dien, Die daarin woont.
Mattheus 23:22En wie zweert bij den hemel, die zweert bij den troon Gods, en bij Dien, Die daarop zit.
Mattheus 23:30En zegt: Indien wij in de tijden onzer vaderen waren geweest, wij zouden met hen geen gemeenschap gehad hebben aan het bloed der profeten.
Mattheus 23:34Daarom ziet, Ik zend tot u profeten, en wijzen, en schriftgeleerden, en uit dezelve zult gij [sommigen] doden en kruisigen, en [sommigen] uit dezelve zult gij geselen in uw synagogen, en zult hen vervolgen van stad tot stad;
Mattheus 23:39Want Ik zeg u: Gij zult Mij van nu aan niet zien, totdat gij zeggen zult: Gezegend [is] Hij, Die komt in den Naam des Heeren!
Mattheus 24:14En dit Evangelie des Koninkrijks zal in de gehele wereld gepredikt worden tot een getuigenis allen volken; en dan zal het einde komen.
Mattheus 24:15Wanneer gij dan zult zien den gruwel der verwoesting, waarvan gesproken is door Daniel, de profeet, staande in de heilige plaats; (die [het] leest, die merke daarop!)

Mede mogelijk dankzij

Livius Onderwijs