G3956 πᾶς
ieder, elk, alles, het geheel, alle dingen
2 Thessalonicensen 2:17 | Vertrooste uw harten, en versterke u in alle goed woord en werk. |
2 Thessalonicensen 3:2 | En opdat wij mogen verlost worden van de ongeschikte en boze mensen; want het geloof is niet aller. |
2 Thessalonicensen 3:6 | En wij bevelen u, broeders, in den Naam van onzen Heere Jezus Christus, dat gij u onttrekt van een iegelijk broeder, die ongeregeld wandelt, en niet naar de inzetting, die hij van ons ontvangen heeft. |
2 Thessalonicensen 3:16 | De Heere nu des vredes Zelf geve u vrede te allen tijd, in allerlei wijze. De Heere zij met u allen. |
2 Thessalonicensen 3:17 | De groetenis met mijn hand, van Paulus; hetwelk is een teken in iederen zendbrief; alzo schrijf ik. |
2 Thessalonicensen 3:18 | De genade van onzen Heere Jezus Christus zij met u allen. Amen. |
1 Timotheus 1:15 | Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig, dat Christus Jezus in de wereld gekomen is, om de zondaren zalig te maken, van welke ik de voornaamste ben. |
1 Timotheus 1:16 | Maar daarom is mij barmhartigheid geschied, opdat Jezus Christus in mij, die de voornaamste ben, al [Zijn] lankmoedigheid zou betonen, tot een voorbeeld dergenen, die in Hem geloven zullen ten eeuwigen leven. |
1 Timotheus 2:1 | Ik vermaan dan voor alle dingen, dat gedaan worden smekingen, gebeden, voorbiddingen, dankzeggingen, voor alle mensen; |
1 Timotheus 2:2 | Voor koningen, en allen, die in hoogheid zijn; opdat wij een gerust en stil leven leiden mogen in alle godzaligheid en eerbaarheid. |
1 Timotheus 2:4 | Welke wil, dat alle mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen. |
1 Timotheus 2:6 | Die Zichzelven gegeven heeft [tot] een rantsoen voor allen, [zijnde] de getuigenis te zijner tijd; |
1 Timotheus 2:8 | Ik wil dan, dat de mannen bidden in alle plaatsen, opheffende heilige handen, zonder toorn en twisting. |
1 Timotheus 2:11 | Een vrouw late zich leren in stilheid, in alle onderdanigheid. |
1 Timotheus 3:4 | Die zijn eigen huis wel regeert, [zijn] kinderen in onderdanigheid houdende, met alle stemmigheid; |
1 Timotheus 3:11 | De vrouwen insgelijks [moeten] eerbaar [zijn], geen lasteraarsters, wakker, getrouw in alles. |
1 Timotheus 4:4 | Want alle schepsel Gods is goed, en er is niets verwerpelijk, met dankzegging genomen zijnde; |
1 Timotheus 4:8 | Want de lichamelijke oefening is tot weinig nut; maar de godzaligheid is tot alle dingen nut, hebbende de belofte des tegenwoordigen en des toekomenden levens. |
1 Timotheus 4:9 | Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig. |
1 Timotheus 4:10 | Want hiertoe arbeiden wij ook, en worden versmaad, omdat wij gehoopt hebben op den levenden God, Die een Behouder is aller mensen, [maar] allermeest der gelovigen. |